Deel 1 – Praktijkgerichte eind(opdracht) examen therapeutisch kindercoach – systemisch – casus Anna – meerkeuze vragen

Van waaruit vertaal je een therapeutische tekening?

De tekening van de boom van Anna heeft een rode stam en een paarse kruin en geeft een heldere boodschap af. Welke  verbinding kun je vanuit deze boodschap leggen?

“Anna droomt vaak. Al sinds ze heel jong is, kan ze letterlijk vertellen wat ze gedroomd heeft, vanaf 2 jaar. Het is voor haar heel levendig. Ze wordt huilend wakker. Dit gebeurt zo’n drie keer per week. “

De coach mist in de dromen van Anna een belangrijk stuk. Wat is er in coaching gemist met betrekking tot de dromen van Anna?

Met wie stem je de intensiteit van de hulpvraag af?

Met welke klacht van Anna kun je aan de slag?

Welke basisbehoeften heeft Anna gemist?

Welke methodiek(en) zijn fijn om als eerste in te zetten in deze casus?

Kun je zelf ontdekken welk constitutiebeeld Anna heeft?

Welke kenmerken geven het constitutiebeeld van Anna weer?

Wie betrek je naast Anna bij het proces tijdens het coachen?

Welke methodiek had nog ingezet mogen worden in deze casus?
Meerdere antwoorden mogelijk.

In welke fase van kind ontwikkeling zit Anna op dit moment?

Wanneer er sprake is van spiegelen van gedrag, met wie werk je dit uit?

Waarin spiegelen de ouders van Anna elkaar in de relatie?

Wat is overdracht?

Wat is tegenoverdracht?

Wat resoneert in deze casus tussen de coach en een van de ouders wat niet bewust is gemaakt?

Anna is een slim meisje en op dit moment is zij in haar mentale ontwikkeling verder dan in haar sociaal emotionele ontwikkeling. Wat geeft de coach hierover weer?

In het coachen met de coachkaarten naar de ouders…

Moeder geeft aan in het ouder coachgesprek;

Moeder geeft aan betreft het overlijden van haar opa; “ik heb altijd het verdriet van mijn moeder gevoeld”. Wat kun je als coach systemisch doen als je moeder zou begeleiden?

Moeder lijkt in de verdediging te gaan, wat is daarvan de oorzaak?

Welk onderliggend thema draagt het gezin?

Wat spiegelt Anna van haar ouders vanuit het schematisch coachen?

Anna spiegelt haar beide ouders door: 
Meerdere antwoorden mogelijk.

Als ouders hun emoties niet erkennen en uitspreken, geeft dit Anna een onveilig gevoel.
De coach schrijft; “Het kernverlangen dat ik als kind gemist heb in mijn opvoeding is veiligheid.”

Wie van de ouders mist ook veiligheid?

Welke valkuil ligt er voor de coach wanneer ze dezelfde missende kernverlangen draagt als de ouder in het gezin?

In de casus van Anna draagt de coach dezelfde missende basisbehoefte veiligheid als een van de ouders. Wat kan er binnen de coaching plaatsvinden?

Wat kan er gebeuren (in je rol van kindertherapeut) als je in een valkuil stapt?

De coach schrijft dat het kindbeeld van Anna respiratoir is met een verstoring op het cerebrale beeld. Wat is de juiste conclusie hierover?

Kun je uit het verslag herleiden welk type constitutiebeeld de coach heeft?

Heeft de coach in deze casus voldoende haar rol gepakt in het werken met de ouders?

Is er binnen de casus sprake van parentificatie?

Vader heeft een gemis aan veiligheid ervaren in zijn jeugd en heeft een moeizaam contact met zijn moeder. Waar had de coach op systemisch niveau als eerste aan mogen werken met vader?

Vader heeft een gemis aan veiligheid ervaren in zijn jeugd en heeft een moeizaam contact met zijn moeder, als coach zou op systemisch niveau naast de schemacoach kaarten gewerkt mogen worden met …